Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wij hebben onze harpen [6]gehangen [7]aan de wilgen, [8]die daarin zijn. 6. Alzo betuigende dat wij meer tot treuren dat tot spelen of zingen oorzaak hadden en geneigd waren. 7. Die gaarne aan den kant der rievieren en wateren wassen. 8. Hebr. in het midden van haar; te weten van Babel, of Babylonie. Hij wil zeggen: Wij hebben onze muziekinstrumenten daar gelaten, ja zoveel als ten enemale verlaten, als geen lust hebbende om dezefve meer te gebruiken; immers hebben wij geen heilige liederen willen zingen noch spelen ter begeerte der goddeloze Babyloniers, die ons gevankelijk hadden weggevoerd.